Elke stiel heeft zijn vakjargon en dat geldt ook voor elke sportdicipline.
Het is dus niet verwonderlijk dat wij binnen onze petanqueclub geleidelijk
aan een eigen woordenschat hebben ontwikkeld.
Veel van deze woorden hoor je nu al dagelijks bij ons op de petanquebaan.
Wil je de voorgeschiedenis kennen van deze woorden? Vraag het aan onze
clubleden.
Zij kunnen je vertellen hoe de term ontstaan is, welk clublid zijn naam
aan de term ontleende en waarom.
Fanny Verliezen met 13-0
Ludo-ke Je hebt het punt en de tegenpartij ligt op de tweede plaats. De
kans om fouten te maken is groot.
Je hebt 3 opties:
1. Je speelt te kort
2. Je speelt veel te ver links of rechts
3. De bal voor je voeten laten vallen, en je ploegmaats roepen "Goed
gespeeld" (Ludo-ke)
Guy-ke Het verworven punt terug aan de tegenpartij geven
Micky-ke De but zo dicht mogelijk langs de koord gooien, zodat de
tegenpartij al begint te morren